Bazarow Magazine 17 - 2022
Loading...

Nieuws

Literatuur Museum verwerft antisemitische oorlogsbrieven van Lucebert

Hoe moet je mensen beoordelen die zich tijdens hun adolescentie hebben misdragen of er foute denkbeelden op nahielden en foute regimes steunden? Het is een vraag die nu weer boven komt bij dichter en schilder Lucebert (1924-1994). In een persbericht liet Het Literatuur Museum vorige week weten dat het instituut in bezit is gekomen van “meer dan zestig oorlogsbrieven van ‘Bertje’ aan ‘Koppijntje’, zoals Bertus Swaanswijk en zijn jeugdvriendin Albertine Koppijn (1924-2016) elkaar noemden.”  

Volgens het museum zijn het “Brieven vol jeugdig enthousiasme, hartstocht en overmoed, waarbij de ontluikende dichter met merkbaar plezier de mogelijkheden van taal ontdekt. In zijn eigen woorden: ‘overdreven woorden in overdreven hevige impuls.” Maar het zijn ook brieven die vanwege de sympathie die erin blijkt voor Hitler en diens antisemitisme een vaak schokkende inhoud hebben. Het bestaan van de brieven werd in 2018 onthuld door Lucebert-biograaf Wim Hazeu en legde een bom onder het beeld dat we hadden van Lucebert. Nu hebben de erven van Luceberts vriendin van destijds, Tine Koppijn, de brieven aan het Literatuur Museum overgedragen.

Lucebert was een van meest bepalende kunstenaars van na de Tweede Wereldoorlog. Hij maakte deel uit van de dichtersgroep de Vijftigers. Wie kent niet zijn strofe “Alles van waarde is weerloos,” uit het gedicht De zeer oude zingt uit 1974. Een strofe die juist vaak gebruikt is bij het herdenken van het oorlogsleed dat Hitler en trawanten hebben veroorzaakt.

Op de site van het Literatuur Museum is een artikel te lezen van Bertram Mourits, hoofd Collecties, over de brieven van Lucebert. Mourits schrijft onder andere: “Dat de oorlogsgeschiedenis van Lucebert (1924-1994) niet vrij was van complicaties, was ook voor 2018 al wel bekend. Hij had op het punt gestaan zich aan te melden om aan het Oostfront voor de Duitsers te gaan vechten, en werkte vrijwillig bij een Duitse wapenfabriek. Hij had het naar zijn zin en zag meer voor- dan nadelen in het nazibewind.”

Maar de brieven laten een schokkender beeld zien volgens Bertram. Lucebert ondertekent zijn brieven vaak met “Sieg und heil’ en bezigt hij antisemitische taal. Zo schrijft de jeugdige Lucebert: “Van een volkomen zelfstandigheid kan echter geen sprake zijn, daarvan ben ik en blijf ik groot tegenstander. Eerst wanneer alle Germaansche stammen verenigd zijn zal de Jood geen gelegenheid meer hebben bloed tegen gelijk bloed op te zetten zoals hij dat al zovele malen met ‘glansrijk’ succes gedaan heeft.” Hij ondertekende de brief met “Lübert Swaanswijk, Sieg-Heil.”

Volgens Bertram zijn de brieven “uiterst onaangename lectuur. Nergens anders laat Lucebert zich zó extreem uit, wat was de reden om dat tegenover Koppijn wel te doen? Wanneer realiseerde hij zich dat hij aan de verkeerde kant van de geschiedenis stond, en hoe heeft hij dit geheim bij zich kunnen dragen? Wat is de invloed geweest op zijn schrijverschap?”
Die vraag zal literatuurwetenschappers nog lang bezighouden. Moeten we voortaan met de kennis van de brieven Luceberts gedichten anders lezen? Zijn schilderijen anders bekijken?

NRC citeert in een artikel over de brieven Luceberts vriend en collega-dichter Remco Campert. “Campert vond de vondst van de brieven indertijd verschrikkelijk, maar stelde ook: ‘Dat antisemitisme van hem kan ik niet serieus nemen. Een krant schreef dat hij van zijn voetstuk gevallen is. Voor mij niet in ieder geval.’”
De tijd zal het leren.

Roeland Dobbelaer

Nieuwsberichten

Lees hier het laatste nieuws vanuit Bazarow.

Altijd ontvangen?

Meld je aan en ontvang dit gratis digitale magazine elke twee weken in je mailbox.